Meer vogels in de tuin met water, voer en beplanting
Vogels maken een tuin levendig. Zowel jonge als oudere mensen vinden het vaak erg leuk om te kijken naar een merel die spettert in een beekloop of een koolmees die zijn jongen te eten geeft. Niet elke tuin is even aantrekkelijk voor vogels. Hieronder volgen enkele tips waarmee de tuin kan worden omgetoverd tot een vogelparadijs.
Vogels en hun menu
Net zoals bij vele mensen gaat de liefde van een vogel door de maag. Met een uitgebreid aanbod van vogelvoer stijgen de kansen op vogels in de tuin dus aanzienlijk. Dit vogelvoer kan bestaan uit door de tuinplanten geproduceerde zaden en vruchten aangevuld met vetbollen, pinda's, zaden en andere vogelvoerartikelen. Er zijn veel mogelijkheden voor het inrichten van je tuin waarbij zowel de vogels als jijzelf een toontje hoger zullen gaan fluiten. Mede omdat mij geen vrolijk fluitende aaseters bekend zijn richt ik mij nu vooral op het aanbod van vruchten, zaden en kleine dieren zoals insecten.
Meest voorkomende vogels in de tuin
Er zijn veel verschillende soorten vogels die je in Nederland in de tuin kunt vinden. Volgens de Vogelbescherming zijn de meest voorkomende tuinvogels in Nederland de boomklever, boomkruiper, ekster, gaai, groenling, grote bonte specht, halsbandparkiet, heggenmus, houtduif, huismus, kauw, kokmeeuw, koolmees, merel, pimpelmees, roodborst, spreeuw, staartmees, stadsduif, Turkse tortel, vink, wilde eend, winterkoning, zanglijster en de zwarte kraai.
Basisbehoeften van vogels in de tuin
Wat al de hiervoor genoemde vogels gemeen hebben is dat ze van water houden. Als je meer vogels in je tuin wilt is een eerste goed stap dus om ervoor te zorgen dat ze kunnen drinken en baden. Je kunt hiervoor bijvoorbeeld een vogelbad neerzetten. Een tweede belangrijke factor voor het vergroten van het aantal vogels is veiligheid. Met een boompje of een wat hogere struik in de tuin hebben de vogels een plek om de kat uit de boom te kijken (als die tenminste niet in dezelfde boom zit uiteraard). Hierna wordt ingegaan op het derde belangrijke element: voedsel.
Zaadetende vogels
Vogels die zaden op het menu hebben staan zijn onder andere: mezen, duiven, mussen, gorzen en vinken. Veel van deze vogels blijven het gehele jaar in dezelfde omgeving waar zij het vooral 's winters en in het voorjaar moeilijk kunnen hebben door afnemend voedselaanbod. Dit wil overigens niet zeggen dat bijvoeren alleen in deze jaargetijden zin heeft. Uit onderzoek is gebleken dat vogels hier 's zomers ook baat bij hebben wanneer zij veel voedsel nodig hebben om hun jongen te onderhouden. Vele zaden, noten en vruchten waaruit de vogels energie kunnen halen zijn geschikt voor de voedertafel maar pinda's, pluimgierst, zwarte zonnepitten en distelzaad vallen bijzonder in de smaak.
Met je tuinbeplanting kun je bovendien een goed basismenu aanbieden. Dit hoeft je niet veel energie te kosten aangezien je met een paardenbloemenveld al een prima, zij het misschien wat eenzijdig, maal kunt aanbieden. Als je je wat meer wilt inspannen, zou je onder andere de volgende planten in overweging kunnen nemen: dille, duizendblad, korenbloem, herfstaster, zonnebloem, kaardenbol, rode klaver, kattenstaartamarant en het akkervergeetmenietje.
Fruitetende vogels
Behalve dat het voor jezelf lekker is fruit uit eigen tuin te eten, kun je met dit fruit ook veel vogels aantrekken. Vogels die in deze categorie vallen zijn onder andere mussen, merels, lijsters, zwartkoppen en pestvogels. Om de vogels het hele jaar door iets te kunnen aanbieden is het aan te bevelen meerdere fruitdragende planten in je tuin te planten waarvan de vruchten in verschillende perioden rijpen. Planten als de hulst zijn bijvoorbeeld ook 's winters nog een belangrijke voedingsbron. Andere planten waarmee je de tuin kunt verrijken zijn onder andere: de bosaardbei, vlier, wilde lijsterbes, zwarte aalbes, gelderse roos, dwergmispel, rood peperboompje, druif, zuurbes, wilde appel, braam, krentenboompje, vuurdoorn, meidoorn en vogelkers. In de winter kun je deze vogels eventueel ook gedroogd fruit zoals bijvoorbeeld rozijnen geven.
Het is begrijpelijk dat je ook wat fruit voor jezelf wilt bewaren en daarom sommige struiken van een net voorziet. Gebruik dan echter wel een net waarin vogels niet verstrikt kunnen raken.
Insectenetende vogels
Vogels die op insecten en andere ongewervelde diertjes afkomen zijn: spechten, zwaluwen, spreeuwen, merels, roodborstjes, tuinfluiters, winterkoninkjes, boomklevers, vliegenvangers, mussen en vele andere vogels. Het aanbod van insecten, weekdiertjes etcetera kan worden vergroot door ten eerste de inrichting van je tuin te verbeteren en ten tweede het gebruik van insecticiden zoveel mogelijk te vermijden. Planten die bekend staan om hun aantrekkingkracht op insecten zijn onder andere: vlinderstruik, echte lavendel, judaspenning, echte guldenroede, zwanenbloem, geel duizenblad, goudsbloem, citroenmelisse, vingerhoedskruid, meisjesogen, boerenwormkruid en de middelste teunisbloem. In de grond levende dieren als de bekende regenwormen zijn niet te versmaden voor een merel of roodborstje. In een voedselrijke grond komen veel meer van dit soort diertjes voor dan in voedselarme grond. Gooi groenafval daarom niet in de wekelijks door de gemeente te legen groencontainer maar in een eigen compostcontainer of op de composthoop.
Allesetende vogels
Naast de meer gespecialiseerde vogels zijn er de grote groep omnivore vogels die vaak al aan de ongespecialiseerde snavel kan worden herkend. In deze categorie vallen bijvoorbeeld de spreeuwen, meeuwen, gaaien, kraaien en eksters maar ook mezen en vinken. Van het hiervoor genoemde voedselaanbod zullen ook deze vogels profiteren.
Producten voor meer vogels in je tuin
Er zijn veel producten te koop waarmee vogels het nog meer naar hun zin zullen hebben in je tuin. Om optimaal te kunnen genieten van hun activiteiten kunnen sommige van de voederproducten aan het raam bevestigd worden met zuignappen. Kijk bijvoorbeeld eens naar de volgende producten: voedersilo, raamvoedersilo, voederbakje, raamvoederbakje, voederhuis, raamvoederhuis, pindakaaspothouder, vetbollenhouder, vetbollen, strooivoer, pindanet, Japans vogelhuis, voederschaal, vogelbad, drinkschaal, vogelpindakaas.
Om de kans op het verspreiden van ziekten onder vogels te verkleinen doe je er goed aan om ervoor te zorgen dat je voederartikelen schoon blijven.